Omdat men tevreden was over de 102 werd een serie van 17 stuks besteld bij Berliner Maschinebau A.G. in Berlijn. Deze 17 werden in 1930 gebouwd. Een jaar later werden nogmaals 11 stuks gebouwd, ditmaal door Werkspoor in Amsterdam. In 1932 bouwde deze onderneming nogmaals 22 locomotoren, die een sterkere motor hadden. Na de instroom van de nieuwere locomotoren uit de 200- en 300-serie werden deze locomotoren minder gebruikt. Ze werden de laatste jaren vooral gebruikt voor seizoensgebonden rangeerwerk, zoals het verplaatsen van bietenwagens. In 1948 ging de laatste buiten dienst.